De strijd die je elke dag verliest tegen je telefoon
33.000+ mensen volgen Alexander's favoriete nieuwe tools, tips en inzichten
Anderhalf jaar geleden lanceerde OpenAI hun eerste AI-videomodel Sora. Het was tegelijk hyperrealistisch als lachwekkend: Sora was in de praktijk onbruikbaar omdat het de zwaartekracht niet begreep. Het gevolg? Een basketbal die in video’s bleef zweven en mensen die dwars door muren liepen.
Nu is er Sora 2 (voorlopig alleen in de VS). Voor het eerst lijkt een AI-videomodel de werkelijkheid écht te begrijpen. Beeld én geluid worden synchroon gegenereerd. Het resultaat is hyperrealistisch en bovenal verrassend vermakelijk.
In de app zit een cameo-functie: met één korte selfieopname kun je jezelf invoegen in elke AI-video. Je gezicht, stem en bewegingen worden nagemaakt. Of je nu in een middeleeuws kasteel staat, op een skateboard of achter het stuur van een racewagen – het kan allemaal.
OpenAI trekt zich met Sora 2 weinig aan van intellectueel eigendom. Je kunt jezelf dus net zo makkelijk in een Disney-film, als Pokémon of in een Mario-scène zetten. Juridisch zeer twijfelachtig, maar natuurlijk uitstekend voor de viraliteit van de filmpjes die de app produceert.
Sora 2 is niet los te gebruiken, maar alleen binnen een TikTok-achtig sociaal netwerk – compleet met algoritmische feed, profielen en DM’s.
AI en social media zijn aan het samensmelten. We staan op een kantelpunt en zijn volgens mij totaal niet klaar voor de consequenties. Sterker nog: we kunnen de maatschappelijke gevolgen van de technologieën van vandaag al nauwelijks aan.
Neem de smartphone. Zonder dat we het doorhadden, is die volledig veranderd. Toen de iPhone in 2007 uitkwam, kon je er eigenlijk alleen mee bellen en sms’en. Het is nu nauwelijks meer voor te stellen, maar de iPhone had in het begin niet eens een App Store. Die kwam pas een jaar later en was gevuld met simpele apps die fungeerden als gereedschap: een zaklamp die je scherm wit liet oplichten, een digitale vijver waarin vissen wegzwommen als je het scherm aanraakte, of een virtueel biertje dat je kon ‘opdrinken’ door je telefoon te kantelen.
Het waren simpelere tijden. Tot men in Silicon Valley ontdekte dat er via smartphones gigantisch veel geld te verdienen viel met advertenties. Toen veranderde alles: van handig gereedschap veranderde onze telefoon in een apparaat dat continu onze aandacht probeert te kapen.
Het is niet te bevatten op welk detailniveau Meta, Google, Snap en TikTok methodes ontwikkelen om je aandacht vast te houden. Duizenden werknemers werken er met chirurgische precisie aan om zoveel mogelijk seconden van jouw dag te claimen. In een race waarin wij als gebruikers altijd verliezen. De smartphone is geen neutraal hulpmiddel meer, maar een casino in je broekzak dat eindeloos nieuwe prikkels uitdeelt om je nog één keer te laten scrollen, klikken of swipen.
Ik weet hoeveel moeite het mij kost om mijn aandacht erbij te houden. Om mijn telefoon weg te leggen en er echt te zijn voor mijn gezin, familie en buurt. Het is een voortdurende strijd. En ik durf hier best toe te geven dat ik mijn telefoon niet de baas ben.
Die struggle geven we onbedoeld door aan onze kinderen. Met de beste bedoelingen, en met begrijpelijke argumenten als: “ze moeten met technologie leren omgaan”, “iedereen in de klas heeft er een”, of “hoe hebben ze anders sociaal contact?”. Maar het effect is hetzelfde: Snap, TikTok, YouTube en Instagram zijn doelbewust ontworpen om ons verslaafd te maken.
De gevolgen zijn duidelijk: kinderen die ’s nachts wakker liggen van eindeloos scrollen, dalende concentratie in de klas, een zelfbeeld dat meer door algoritmes wordt gevormd dan door echte mensen. We zetten ze op jonge leeftijd in een arena waarin ze het moeten opnemen tegen de slimste gedragspsychologen van de rijkste techbedrijven. Big Tech versus small brains.
Wat zijn we eigenlijk aan het doen?
Die vraag stelden een aantal ouders achter de stichting Smartphonevrij Opgroeien zich ook. Zij spraken af: geen smartphone tot kinderen 14 zijn. Zodat kinderen een ongestoorde jeugd krijgen, vrij van schermen. En als je het samen doet, wordt het makkelijker. Dat idee verspreidt zich als een lopend vuurtje – van klas naar klas, van school naar school.
De beweging groeit razendsnel. Inmiddels zijn er ouders aangesloten op meer dan 60% van de basisscholen in Nederland. Hun aanpak werkt, want iedere ouder herkent de struggle. De eerste vraag die altijd komt: “maar hoe dóe je dat, smartphonevrij opgroeien?”
Die vraag had ik ook. Ik merkte dat er talloze bronnen zijn die je stukjes van de weg wijzen, maar dat het moeilijk is het overzicht te houden. Er was nog geen plek waar alle ervaring, onderzoek en tips bij elkaar stonden. Dat is ons nieuwe boek geworden. Samen met Smartphonevrij Opgroeien en psycholoog Thijs Launspach brengen we het boek uit van de snelst groeiende ouderbeweging van Nederland: Smartphonevrij Opgroeien.
Het is een praktische gids die laat zien dat je als ouder niet machteloos staat tegenover schermen, groepsapps en sociale druk in de klas. Met feiten, haalbare alternatieven en vooral hoop: het kán anders. (Voor meer info en voorbestellen klik je hier)
Dit is het belangrijkste project waar ik ooit aan heb meegewerkt. En we willen het in de handen krijgen van zoveel mogelijk ouders in Nederland. Want samen staan we écht sterker.
Het wordt de grootste campagne waar ik tot nu toe aan heb meegewerkt. Voor elk gekocht boek wordt er automatisch één gedoneerd aan scholen en verenigingen. Zo komt het boek op honderden scholen en sportclubs terecht. Samen met de duizenden ouders die al actief zijn in de appgroepen van Smartphonevrij Opgroeien, verspreiden we de ideeën nog verder. En we lanceren een grote mediacampagne.
Er is een strijd te voeren. Ik hoop dat je meedoet.